
Geen tweede keer Tafelberg voor mij
Een wortelkanaalbehandeling is iets vreselijks. Tenminste, dat heb ik mij altijd laten vertellen. Hij hoort thuis in het rijtje verstandskiezen trekken en bevallingen. Gebeurtenissen die goed zijn voor horrorverhalen. Ik vreesde dan ook het moment dan de tandarts mij zou vertellen: “Je hebt een wortelkanaalbehandeling nodig”. Gisterochtend was het zover. En ik moet zeggen, het viel best mee. In vergelijking met de kiespijn die ik de afgelopen weken met regelmaat gehad heb – en die vond ik soms nog mild, ik was doodsbenauwd dat het erger zou worden – was de beruchte wortelkanaalbehandeling peanuts.
Al langere tijd niet fit
Overigens heb ik pas de eerste behandeling gehad. De tweede gaat in Nederland uitgevoerd worden, op 2 januari om precies te zijn. Maar eerst even terug naar hoe het allemaal begon. Ik blog al een tijdje niet zo frequent meer, realiseerde ik mij gistermiddag. Ik weet ook hoe dat komt: ik ben al langere tijd niet fit en dat is niet zo gek, want ik heb al weken een ontsteking in mijn lijf. En met die ontsteking heb ik de Tafelberg beklommen. En allerlei andere, soms vermoeiende, dingen gedaan.
“Het blijft iets heroïsch hebben om na een klim van een paar uur bovenop Tafelberg te staan en te weten: ik ben hier helemaal op eigen kracht gekomen!”
Vorige week zou ik voor de tweede keer de Tafelberg beklimmen. Daar zag ik naar uit want, hoeveel mensen je ook zijn voorgegaan, het blijft iets heroïsch hebben om na een klim van een paar uur bovenop Tafelberg te staan en te weten: ik ben hier helemaal op eigen kracht gekomen!
De gebruikelijke formulieren
Maar mijn kiespijn en de wetenschap dat ik volgende week dinsdagavond een vliegtuig instap, wonnen het. Ik koos voor mijn gezondheid, liet Tafelberg waar hij was en ging naar de dokter. Die constateerde: je bent gezond, maar hebt vermoedelijk een ontsteking in je kaak, bij een kies, of in je holte(n). De beste man gaf mij penicilline en het advies een tandarts te bezoeken. De tandartsen, gevestigd in dezelfde praktijk, hadden pas deze week tijd voor me. Vandaar dat ik mij pas gistermiddag kon neervlijen in de tandartsstoel.
Iets voor half elf meldde ik mij gistermorgen bij de balie van de tandarts. Daar moest ik de gebruikelijke formulieren invullen. Ik heb intussen gemerkt dat het niet uitmaakt wanneer je dat halfslachtig doet; ook bij de huisarts vulde ik alleen de hoogst noodzakelijke gegevens in, en dat werd geaccepteerd. Daarna was het wachten geblazen. Terwijl ik wachtte en mij afvroeg wat de diagnose zou zijn, kwam een gezette vrouw met een mondkapje en doktershandschoenen – volgens mij liep ze op Crocs – regelmatig langs banjeren.
Kenau met een tang
Ik vreesde dat zij de tandarts zou zijn; een soort kenau die meteen naar een tang zou grijpen om mijn wis-en-zeker rottende kies een treurige aftocht naar een container met medisch afval te bezorgen. Om kwart over elf, drie kwartier na mijn binnenkomst (…zo lang wacht je in Zwolle meestal niet, but you can’t hurry Africa), werd ik opgehaald door een vriendelijke vrouw die gelukkig de tandarts bleek te zijn. De potige mevrouw was haar assistente. Nadat ik had verteld waarvoor ik kwam, aangevuld met de uitleg waarom ik Afrikaans spreek, volgde een klein onderzoekje met haakjes, spiegeltjes, wat gekras en geprik in kiezen… het gebruikelijke werk. Dingen waarvan ik denk: zo maak je de boel toch kapot? Daarna klopte ze tegen mijn kiezen.
“Terwijl de tandarts grabbelde naar een plaatje voor het maken van een foto, wist ik: met één kies is iets mis”
“Sê maar of dit seermaak of nie.” Tik-tik-tik. “Uh-uh, uh-uh, uh-uh, aaaaah, uh-uh, uh-uh.” Nog een keer langs de laatste drie. “Uh-uh, aah-aaah, uh-uh.”
Terwijl de tandarts grabbelde naar een plaatje voor het maken van een foto, wist ik: met één kies is iets mis. Het plaatje werd in mijn mond geplaatst, een camera aan een lange arm werd tot naast mijn wang getrokken. Licht gebrom. Daarna werd het plaatje weer weggehaald en was het zo’n twee á drie minuten stil.
Trekken of een wortelkanaalbehandeling
“Die nuus is…”, sprak de tandarts, zich omdraaiend vanaf haar computer waarop de foto van mijn gebit te zien was, “dat jy ’n abses bo een van jou kiestande het”. Zoiets vermoedde ik al en ik wilde natuurlijk weten wat dat voor consequenties zou hebben. De keuze was simpel: de kies trekken, of een wortelkanaalbehandeling. Over keuze één waren we het snel eens: een gat in mijn gebit zou geen gezicht zijn. Dus werd het keuze twee, een wortelkanaalbehandeling. Maar wanneer en door wie?
“Overigens lukte kauwen ook prima vóór de behandeling, behalve wanneer ik keihard op iets hards beet”
Ik vroeg of het in Nederland zou kunnen. Dat kon, zei de tandarts, want de penicilline had zijn werk vrij goed gedaan. Evenwel kon ze niet zeggen of ik in het vliegtuig, met de cabinedruk, extra last zou kunnen krijgen of niet. Dat zou een risico kunnen zijn wanneer ik ervoor zou kiezen om het pas in Nederland te laten doen. Kordaat besloot ik: dn moet de eerste behandeling hier, als dat kan. En dan neem ik contact op met mijn tandarts in Nederland om het vervolg van de behandeling daar te laten doen.
Druk van de ketel
En zo had maakte ik een kwartiertje later mijn eerste wortelkanaalbehandeling mee. Inmiddels, ruim een dag later, is de pijn minder. De kies zelf is nog gevoelig, met name bij het kauwen. Maar het gaat steeds beter. Overigens lukte kauwen ook prima vóór de behandeling, behalve dan wanneer ik keihard op iets hards beet (…bijvoorbeeld een stukje bot in gehakt). Dat was voldoende voor tranen van pijn en een rondedans door mijn garden cottage. De huidige toestand is eerder gevoelig dan pijnlijk. Alsof de druk van de spreekwoordelijke ketel is.
Enfin, deze laatste weken waren dus niet helemaal zoals ik me had voorgesteld. Maar het is niet anders. Ik stem mijn activiteiten af op de situatie. Ik kreeg het voorstel om morgen opnieuw Tafelberg te beklimmen. Ik zag ervan af. Niet teveel drukte en voldoende rust lijken me nu beter dan dingen doen waar ik misschien achteraf spijt van heb. Dan komt deze reis – of een aspect ervan – tenminste niet in het rijtje horrorverhalen. En dat is ook wat waard.

